Actieve mobiliteit: ruimte voor wandelaars en fietsers

Overheden die inzetten op actieve mobiliteit, stimuleren groene en gezonde manieren van bewegen: te voet of met de fiets. Actieve mobiliteit past uitstekend in een modern beleid waarin de auto minder plek krijgt. Die vrijgekomen ruimte wordt teruggegeven aan de bewoner: om te recreëren, te ontmoeten en te leven. U kunt actieve mobiliteit op verschillende manieren stimuleren, daarbij gebruikmakend van allerlei tools.

Actieve mobiliteit in het kort: 

  • Actieve mobiliteit draait om wandelen en fietsen. 
  • Actieve mobiliteit creëert ruimte in de stad en stimuleert de gezondheid. 
  • Stimuleer wandelen en fietsen via onder meer scholen en werkgevers. 
  • Investeer in infrastructuur die de nadruk legt op comfort en aantrekkelijkheid. 
  • Van loopstromenmodel tot looptool: handige hulpmiddelen helpen u op weg.
Wandelaars en fietsers

Actieve mobiliteit: ontwerpen vanuit de voetganger en fietser

Actieve mobiliteit is mobiliteit waarbij mensen zelf in beweging komen. In de praktijk wordt daarmee vooral wandelen of fietsen bedoeld. Omdat dit schone vormen van mobiliteit zijn, krijgen ‘Stappen’ en ‘Trappen’ bij gebiedsontwikkeling prioriteit boven overige mobiliteitsvormen. Waar steden vroeger ontwierpen vanuit hoofdzakelijk de auto, is dankzij het STOMP-ordeningsprincipe de ontwerpstrategie inmiddels omgekeerd.

Het belang van actieve mobiliteit 

Actieve mobiliteit dient tal van doelen die belangrijk zijn voor gemeenten. De voornaamste:  

1. Ruimte zoeken in de groeiende stad 

Ten gevolge van de enorme woningbouwopgave groeien Nederlandse (middel)grote steden flink, ziet het PBL. Meer ruimte is nodig en die wordt gevonden door de auto minder plek te geven. Lage parkeernormen zijn eerder regel dan uitzondering. Wandelen en fietsen nemen de plek van de auto deels in. Daarvoor moeten de alternatieven wel op orde zijn. Dat betekent bijvoorbeeld een goed loop- en fietsnetwerk en aantrekkelijke plekken om de fiets te stallen.  

2. Stimuleren van gezondheid 

Bewegen is gezond. Toch beweegt slechts 44 procent van de Nederlanders voldoende, aldus het RIVM. Beweging heeft onder meer invloed op het gewicht, verbetert de motoriek en is goed voor de mentale gezondheid. 

3. Schone en leefbare steden 

Actieve mobiliteit draagt bij aan schonere lucht. Het zorgt ook voor een prettige leefomgeving waarin meer ruimte voor groen en verblijven is. Kinderen kunnen veiliger op straat spelen. Ook het vergroenen van de leefomgeving (met minder parkeren op straat) draagt bij aan welzijn en beleving van mensen. Oftewel het hebben van een gezonde stad.

4. Actief oud blijven 

Hoewel bewegen voor iedereen goed is, is het bij uitstek een manier om de vergrijzende bevolking gezond te houden. Die grote groep stimuleert u om te blijven bewegen door bijvoorbeeld de aanleg van wandelpaden of fietsstroken. Hoe aantrekkelijker die paden − denk aan een groene omgeving met voldoende bankjes − hoe eerder ouderen ze zullen gebruiken. Via het programma 'Doortrappen' stimuleert de overheid ouderen om te blijven fietsen. 

5. Sociale veiligheid en sociale inclusie  

Meer fietsers en voetgangers zorgen voor een toegankelijker straatbeeld. Ze hebben een uitnodigende werking: ‘Laat ik de fiets ook eens pakken’. 

6. Economische stimulans 

Onderzoek wijst uit dat fietsers en voetgangers minder uitgeven per bezoek aan het stadscentrum dan mensen die de auto pakken. Echter, die fietsers en voetgangers bezoeken het centrumgebied veel vaker. Op jaarbasis geven ze zo toch meer uit. Zo draagt actieve mobiliteit flink bij aan de economische vitaliteit van binnensteden. Het koopstromenmodel kan hierbij helpen (zie onder Tools). 

Inzicht in de omzeteffecten van verkeersingrepen

Maak onderbouwde én gedragen keuzes voor groene, leefbare en vitale winkelgebieden met het Koopstromenmodel.

Bekijk hoe

Oplossing

Koopstromenmodel

Actieve mobiliteit: zo gaat u ermee aan de slag

Er zijn veel mogelijkheden om actieve mobiliteit te stimuleren. 6 manieren om ermee aan de slag te gaan: 

  • Programma's via scholen 
    Hoewel 97 procent van de Nederlandse bassischoolleerlingen op loop- of fietsafstand woont van school, wordt tot 30 procent door de ouders gebracht, volgens CROW. Stimuleringsprogramma’s via scholen kunnen meer aandacht geven aan het belang van wandelen of fietsen. 
     
  • Werkgeversaanpak  
    Werkgevers kunnen op verschillende manieren werknemers stimuleren om vaker de fiets of e-bike te pakken. Bijvoorbeeld door afspraken te maken over de belastingvrije vergoeding voor de aanschaf van een fiets, of via een leasefietsplan. Maar ook douches, e-bikelaadpalen of een veilige fietsenstalling kunnen helpen. Goudappel werkt met de VNG aan aanpassing van de CAO's van de aangesloten gemeenten om fietsgebruik te stimuleren. Immers: driekwart van de werkenden woont binnen een straal van 12 kilometer van het werk.  
     
  • Richt je op ‘verhuizers’  
    Wanneer mensen verhuizen, kijken ze opnieuw naar hun mobiliteitsgedrag. Door nieuwbouwwijken slim in te richten – bijvoorbeeld via een lage parkeernorm of aantrekkelijke fiets- en wandelpaden – help je hen richting groener en actiever mobiliteitsgedrag. 
     
  • Investeer in comfortabele, aantrekkelijke infrastructuur 
    Brede en veilige fiets- en voetpaden nodigen uit tot actieve mobiliteit. Zeker als er weinig obstakels zijn (zoals terrasjes, prullenbakken of geparkeerde fietsen) of lange wachttijden voor stoplichten. Daarbij geldt: onderzoek toont aan dat een lange groene route aantrekkelijker kan zijn dan een kortere, saaie route. Goudappel doet onderzoek naar welke omgevingskenmerken mensen verleiden om de fiets te pakken of te voet ergens heen te gaan. 
     
  • Handel vanuit de netwerkgedachte 
    Investeren in een goed voetgangersnetwerk is pas een paar jaar in opkomst. Bekijk uw gemeente eens door de ogen van de wandelaar, van jong tot oud. En doe dat dat vanuit de ‘netwerkgedachte’: hoe kunt u de belangrijkste locaties in uw gemeente zo verknopen (wegen verbinden via mobiliteitshubs) dat wandelen gestimuleerd wordt? Het kan bijvoorbeeld aantrekkelijker zijn om naar een hub te lopen dan helemaal naar de eindbestemming. 
     
  • Lagere parkeernormen 
    De combinatie van lage auto-parkeernormen en goede alternatieven voor actieve mobiliteit helpen bij de overstap van de auto naar wandelen en fietsen. 

Inzicht in en beïnvloeden van voetgangersstromen

Met het Nederlands Loopstromenmodel bieden we inzicht in de bewegingen en motieven van de voetganger en een aanpak hoe deze te beïnvloeden.

Lees meer

Oplossing

Voetgangers in Amsterdam

Tools en hulpmiddelen die helpen bij actieve mobiliteit 

Een goed mobiliteitsplan is essentieel om actieve mobiliteit te stimuleren. Daarvoor zijn inzichten nodig. De volgende tools en hulpmiddelen helpen om die inzichten te verkrijgen.

Loopstromenmodel 

Om precies te weten hoeveel voetgangers waar lopen, ontwikkelde Goudappel een loopstromenmodel. Dit model is een goede eerste stap richting een voetgangersbeleid. 

Looptool 

De looptool geeft inzicht in de beloopbaarheid van een gebied en doet suggesties voor verbeteringen van looproutes. Goudappel ontwikkelde de tool in opdracht van het ministerie van I&W en is voor iedereen toegankelijk. 

Toolbox loopbeleid 

De Toolbox Loopbeleid is een handig hulpmiddel voor gemeenten en provincies met praktische tips, instrumenten en informatie om meer ruimte voor lopen te creëren. De toolbox is te vinden op het platform Ruimte voor Lopen.  

Handboek 'Ontwikkeling van het stedelijk loop- en wandelnetwerk'

Goudappel ontwikkelde een handig handboek voor de ontwikkeling van het stedelijke loop- en wandelnetwerk

Walking Minute Map: netwerkkaart met loopafstanden

Zoals er een metrokaart bestaat, is er ook een netwerkkaart (Walking Minute Map) te maken van bijvoorbeeld uw voornaamste looproutes. Er zijn al gemeenten die dat netwerk ook zichtbaar maken aan wandelaars in de vorm van ‘zoveel-minuten-tot’-wegwijzers. Ook is het belangrijk ruimte voor actieve mobiliteit te vinden en te maken door anders naar het autonetwerk te kijken: andere routes in het autonetwerk (niet door centrum- en woongebieden) en lagere maximum snelheden. 

Belevings- en gedragsonderzoek 

Belevingsonderzoek zoals Goudappel die uitvoert, geeft in inzicht in wat mensen waarderen. Het is een ideaal middel om bijvoorbeeld fietsbeleving te onderzoeken. Goudappel is verder sterk in gedragsonderzoek. Dergelijk onderzoek is ook een eerste stap bij de aanpak van mobiliteitsongelijkheid.

NVP-data  

Goudappel gebruikt NVP-data (Nederlands Verplaatsingspanel) om opnieuw naar fiets- en wandelnetwerken te kijken. Wordt dat nieuwe fietspad nu ook echt veelvuldig gebruikt?

OmniTRANS 

De verkeersmodellen van Goudappel maken korte autoritten inzichtelijk. Zo kan meteen ook de potentie voor nieuwe fietsroutes in kaart worden gebracht. Bijkomend voordeel: OmniTRANS kan ook prognoses maken. Hoe gaat u bijvoorbeeld om met het autoverkeer in nieuwe wijken? Via dynamische simulaties laat Goudappel voetgangers en fietsers in verkeersmodellen echt bewegen.  

Factsheet Pak de fiets of het OV! 

Deze factsheet met infographic hoort bij het gelijknamige RIVM-achtergrondrapport en laat zien welke factoren de keuze voor gezondere vervoersvormen bevorderen. 

Koopstromenmodel

Veel gemeenten nemen maatregelen om winkelgebieden autoluw te maken. Het koopstromenmodel brengt de effecten van dergelijke verkeersingrepen op de omzet van winkeliers in beeld.  

Advies bij het stimuleren van actieve mobiliteit

Wilt u actieve mobiliteit stimuleren? Vanwege onze integrale benadering zijn wij van alle markten thuis. Dankzij onderzoek en datakennis weet Goudappel wie de gebruikers zijn en wat zij willen. Vervolgens helpen we u met het opstellen van beleid, een planning, het infrastructurele ontwerp, de toetsing daarvan (via verkeersmodellen) en de uitvoering. We kunnen bijvoorbeeld helpen een voetgangersnetwerk op te stellen en meedenken bij fietsparkeren.

Benieuwd wat we voor u kunnen betekenen?

Wij adviseren u graag over het stimuleren van actieve mobiliteit.

Neem contact op met Bas