Veelgestelde vragen over Octavius

Bekijk hier de veelgestelde vragen over Octavius: onze microvraagmodelleringstechniek voor toekomstbestendige verkeersmodellering op persoonsniveau.

1. Wat is Octavius?

Octavius is een unieke, door Goudappel ontwikkelde microvraagmodelleringstechniek die op persoonsniveau verplaatsingen (ritketens) modelleert. Wij gebruiken Octavius om strategische verkeersmodellen te ontwikkelen, die beleidsmakers gebruiken om uitspraken te doen over de mobiliteit in hun stad of regio over tien tot vijftien jaar, en om de effecten van beleidsmaatregelen vooraf te toetsen.  
 
Met Octavius doen we dit op een andere manier dan voorheen. Afhankelijk van de beleidsvragen die het model moet beantwoorden, houden modellen gemaakt met Octavius rekening met ketenmobiliteit en voorkeuren van doelgroepen. Octavius werkt met innovatieve modeltechnieken en rijke databronnen binnen OmniTRANS: de in Nederland meest gebruikte software voor verkeersmodellering. 

2. Hoe verschilt Octavius van andere verkeersmodellen? 

Octavius is een microvraagmodelleringstechniek. Dat betekent dat we rekenen met het gehele dagelijkse verplaatsingsgedrag van individuen, in plaats van met het gemiddelde gedrag dat traditionele modellen gebruiken.

We houden rekening met volgende invloeden op gedragskeuzes: 

  • De persoonskenmerken van het individu zelf, zoals leeftijd, geslacht, autobezit en gezinssamenstelling. 
  • Zijn of haar eerder gemaakte keuzes op de dag. Ging iemand ’s ochtends met de auto naar het werk? Dan komt hij/zij ’s avonds natuurlijk ook met de auto terug en niet met de trein. We modelleren dus de volledige logische ritketen. 

Bovenstaande gedragsinvloeden zijn essentieel om binnen een verkeersmodel verschillende doelgroepen te onderscheiden en eventuele deelmobiliteitssystemen te kunnen modelleren. In de toekomst wordt het ook mogelijk om de keuzes van andere gezinsleden mee te nemen.  

3. Wat zijn de voordelen van de microvraagmodelleringstechniek Octavius? 

  1. De uitkomsten van verkeersmodellen gemaakt met Octavius komen beter overeen met de werkelijkheid. Dit komt onder andere door het modelleren van ritketens (zoals huis – werk – winkel – huis) en interactie met andere gezinsleden. Het hele keuzeproces van mensen wordt dus veel gedetailleerder in beeld gebracht, wat met name in hoogstedelijke omgevingen met veel interactie en keuzes, zorgt voor nauwkeurigere modellen. Maar ook in laagstedelijke omgevingen biedt dit beter inzicht in beleidseffecten. 
  2. Het is mogelijk om de mobiliteit van verschillende doelgroepen in beeld te brengen. Dit komt omdat we rekenen met individuele personen met hun eigen persoonskenmerken en gedragskeuzes, die we op elke manier kunnen aggregeren. Deze kenmerken zijn uitgebreider dan in traditionele verkeersmodellen waarin alleen met gemiddelde groepen mensen wordt gerekend.  
  3. Verkeersmodellen gemaakt met Octavius zijn flexibel en toekomstbestendiger dan traditionele modellen. Het is mogelijk om in de toekomst nieuwe keuzemodellen toe te voegen - bijvoorbeeld wanneer nieuwe mobiliteitsconcepten ontstaan - zonder dat daarbij de hele modelsystematiek uitgebreid moet worden. 

4. Is Octavius geschikt voor het modelleren van hubs en andere nieuwe vervoersconcepten? 

Verkeersmodellen op basis van Octavius zijn volledig voorbereid op nieuwe vervoersconcepten zoals hubs. In samenwerking met de Universiteit Twente rekenden we al deelconcepten en hubs door in een  van de verkeersmodellen gemaakt met Octavius.  

Om deze uitkomsten nog beter op waarde te kunnen schatten, zijn meer data nodig over de gedragskeuzes van mensen die van dit soort concepten gebruik maken. Op dit moment is er nog niet veel data beschikbaar over dit soort nieuwe mobiliteitsconcepten. Hoe meer data beschikbaar komt, hoe beter micromodellen worden in het berekenen van nieuwe mobiliteitsconcepten.

5. Voor welke beleidsvragen is Octavius geschikt? 

Een verkeersmodel op basis van Octavius is geschikt voor alle beleidsvragen. De grootste meerwaarde heeft dit soort modellen voor gebieden waar beleidsmakers geconfronteerd worden met vragen over de samenstelling van mobiliteitsbewegingen (“Wat voor soort mensen komen ergens wonen? Wat voor verplaatsingen maken ze? Op welke doelgroepen moet ik mijn beleid richten?”) of bij beleidsvragen over innovatieve mobiliteitsconcepten.

6. Hoe toepasbaar is Octavius in de praktijk?

De microvraagmodelleringstechniek Octavius is een innovatieve toepassing die is afgeleid uit wetenschappelijk onderzoek. We hebben deze specifiek doorontwikkeld voor gebruik in de praktijk. Zo bedachten we een techniek om de statistische ruis - die micromodellen normaliter veroorzaken doordat ze gebruik maken van kansberekening – te voorkomen. Hierdoor zijn verkeersmodellen op basis van Octavius ook in de praktijk bruikbaar. Scenario’s zijn zuiver te vergelijken en leveren zo betrouwbare beslisinformatie op.  

7. Wat zijn de rekentijden van micromodellen gemaakt met Octavius? 

Hoewel beleidsmakers al langer overtuigd zijn van de voordelen van micromodellering, was de – vaak langere - rekentijd lange tijd een van de bezwaren. Goed nieuws: verkeersmodellen gemaakt op basis van Octavius, hebben in het algemeen slechts een iets langere rekentijd dan traditionele verkeersmodellen.

Belangrijk verschil is dat bij traditionele modellen de rekentijd afhangt van het aantal zones dat je gebruikt. Dit geldt minder voor modellen gemaakt met Octavius, omdat we hiermee altijd hetzelfde aantal mensen doorrekenen. Voegen we meer keuzes per persoon toe? Dan neemt de rekentijd toe. Maar dit is vergelijkbaar met het toevoegen van nieuwe zones bij een traditioneel model. 

Door zijn modulaire opzet is een verkeersmodel op basis van Octavius bovendien geschikter voor het toevoegen van nieuwe mobiliteitsconcepten en het verfijnen van doelgroepen. Dit type verkeersmodellen is daarmee beter schaalbaar en toekomstbestendiger dan traditionele modellen.

8. Heeft een model gemaakt met Octavius meer inputdata nodig dan een traditioneel model? 

Ja, modellen gemaakt met Octavius bieden de mogelijkheid om meer inputgegevens te gebruiken, vooral aan de ruimtelijke kant van een verkeersmodel. Waar je in een traditionele modelaanpak voor een prognose vooral het aantal woningen en bedrijventerreinen in een planjaar moest aangeven, kun je nu ook invoeren wat voor type mensen in die nieuwe woningen komt te wonen. Zijn het vooral singles, gezinnen of senioren?

Hoe specifieker, hoe beter het model in staat is om de effecten van maatregelen te voorspellen voor doelgroepen. Wanneer nog niet alle gegevens bekend zijn, kun je ook uitgaan van een gemiddelde bevolkingsopbouw. 

9. Hoe zien de resultaten van een verkeersmodel gemaakt met Octavius eruit? 

In ieder verkeersmodel wordt uiteindelijk een toedeling op wegvakniveau gemaakt, of er nu voor de microbenadering of de zwaartekrachtbenadering wordt gekozen. Op toedeelniveau blijven dus alle bestaande indicatoren bestaan, zoals I/C-waarden en voertuigkilometrage. De microbenadering voegt wel extra effectindicatoren toe, zoals: “Hoeveel voertuigkilometers worden door een bepaalde doelgroep gemaakt?” 

10. Is een model gemaakt met Octavius ook overdraagbaar en universeel toepasbaar? 

Net als bij bestaande verkeersmodellen wordt een verkeersmodel op basis van Octavius ontwikkeld binnen OmniTRANS. Dat betekent dat we deze zo opleveren dat ook de opdrachtgever of andere consultants het kunnen toepassen (wanneer deze beschikken over een OmniTRANS-licentie.) 

Stond het antwoord op uw vraag er niet bij?

Neem contact met ons op. We vertellen u graag wat we voor uw mobiliteitsvraagstuk kunnen betekenen.

Neem contact op met Bastiaan