MIRT-verkenning: zo pakt u de ruimtelijke inrichting aan

Een MIRT-verkenning onderzoekt, als onderdeel van een MIRT-procedure, in fases hoe de doorstroming, verkeersveiligheid of milieu-impact van bijvoorbeeld wegen en bruggen op de lange termijn kan verbeteren. Het leidt tot een voorkeursalternatief, waarmee een slimme, kostenefficiënte en duurzame oplossing dichterbij komt.

MIRT-verkenning in het kort:

  • Een MIRT-verkenning is de tweede stap binnen een MIRT-procedure.
  • Een MIRT-procedure wordt gebruikt om de ruimtelijke en infrastructurele inrichting in Nederland te verbeteren.
  • Een MIRT-verkenning bestaat uit 4 fases: start, analyse, beoordeling en besluitvorming.
  • Om tot goede besluiten te komen moet een MIRT-verkenning compleet, consistent en navolgbaar zijn.
MIRT-verkenning

MIRT-verkenning: op zoek naar het voorkeursalternatief

Een MIRT-verkenning onderzoekt wat de slimste, duurzaamste, meest klimaatbestendige en kostenefficiënte oplossingen zijn om de bereikbaarheid over (water)wegen en het spoor te verbeteren. De verkenning maakt deel uit van een MIRT-procedure, wat staat voor Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport. Daarbij werken het Rijk, provincies, gemeenten en andere betrokken partijen samen om beslissingen te nemen over grote infrastructuur- en ruimteprojecten op de lange termijn. Het belangrijkste doel van de MIRT-verkenning is om te komen tot één oplossingsrichting. Dat heet het voorkeursalternatief.

MIRT-verkenning als onderdeel van een MIRT-procedure

Een MIRT-verkenning is de tweede stap in een MIRT-procedure. Een MIRT-procedure bestaat uit vier fasen:

  1. MIRT-onderzoek
  2. MIRT-verkenning
  3. MIRT-planuitwerking
  4. MIRT-realisatie

MIRT-verkenning in de praktijk

Een MIRT-verkenning staat nooit op zichzelf, maar vormt als tweede stap de koppeling tussen het MIRT-onderzoek, de MIRT-planuitwerking en uiteindelijk de MIRT-realisatie. We laten u zien hoe een MIRT-procedure er in de praktijk uitziet. Daarbij schetsen we welke rol Goudappel per fase kan spelen.

Fase 1: MIRT-onderzoek

Het MIRT-onderzoek bestaat uit een analysefase en een oplossingenfase. Het onderzoek leidt tot een startbeslissing en duurt, afhankelijk van de uitdagingen die het project tegenkomt, drie tot zes maanden.

Als u bijvoorbeeld wilt weten waarom er veel filevorming is op een bepaalde snelweg, dan start u een MIRT-onderzoek. In de analysefase wordt het probleem geschetst en in de oplossingenfase erna wordt zo breed mogelijk naar oplossingen gezocht. Verbreding van de snelweg kan zo’n oplossing zijn, maar ook het investeren in openbaar vervoer, de fiets, of het bouwen van meer woningen in de buurt van werklocaties. Het MIRT-onderzoek leidt tot een handelingsperspectief. Is dat interessant genoeg? Dan gaat u de MIRT-verkenning in.

Goudappel is een specialist in het uitvoeren van probleemanalyses op het gebied van mobiliteit en ruimtelijke ontwikkeling. Met de grote hoeveelheden data waarover we beschikken – zoals data uit verkeersmodellen en verplaatsingsgegevens – is goed te achterhalen wat er op een weg of in een gebied aan de hand is. We weten niet alleen welke richting verkeersstromen opgaan, maar kunnen ook het motief van de reis achterhalen. Met onze verkeersmodellen toetsen we verschillende toekomstscenario’s.

Fase 2: MIRT-verkenning

De MIRT-verkenning leidt tot een voorkeursbeslissing en neemt gemiddeld zes tot twaalf maanden in beslag. In de MIRT-verkenning wordt er beter gekeken naar de aangedragen oplossingen uit fase 1 en hun effecten. Uit de verkenning rollen diverse mogelijke scenario’s, die uitgebreid worden beoordeeld. Lost het scenario echt het probleem op? En wat betekent het voor bijvoorbeeld de bereikbaarheid, groen, stikstof en de bodemkwaliteit in het gebied?

In de MIRT-verkenning brengt Goudappel – als verkeerskundig expert – de huidige en toekomstige situatie in kaart. Het grote verschil met het MIRT-onderzoek is dat de verschillende scenario’s al veel concreter zijn. We laten zien hoe groot het oplossend vermogen van elk scenario is.

Een MIRT-verkenning: stap voor stap

Een MIRT-verkenning is de tweede stap in een MIRT-procedure, en bestaat zelf ook weer uit 4 substappen:

  1. Startfase: de startbeslissing wordt gevat in een plan van aanpak.
     
  2. Analysefase: het uitwerken van de diverse alternatieven. Betrokkenen uit de omgeving krijgen een uitnodiging om mee te denken. In dit omgevingsproces – een stap waarin Goudappel vooral een inhoudelijke rol vervult – hebben omgevings- en participatiemanagers een belangrijke taak. Een MIRT-verkenning kijkt verder dan alleen het doel. Het is vooral de manier waarop dat doel bereikt wordt. Men let dus bijvoorbeeld nadrukkelijk ook op de milieuaspecten. De alternatieven krijgen stuk voor stuk een beoordeling op hoofdlijnen. Na de analysefase blijven de meest kansrijke scenario’s over.
     
  3. Beoordelingsfase: het in kaart brengen van de effecten van de kansrijke scenario’s.
     
  4. Besluitvormingsfase: het combineren van alle kennis die de MIRT-verkenning heeft voortgebracht zodat er een voorkeursbeslissing kan worden genomen.

Fase 3: MIRT-planuitwerking

Het doel van deze fase is te komen tot een projectbeslissing of Tracébesluit. Dit duurt ongeveer anderhalf jaar.

Als duidelijk is welke aanpassingen gaan plaatsvinden – bijvoorbeeld verbreding van een weg – én wat de effecten daarvan zijn, dan gaat dat plan naar de tekentafel. Het uiteindelijke resultaat is een projectbeslissing of Tracébesluit, dat groen licht moet krijgen van de Raad van State.

Bij een aanpassing van een weg komt vaak meer kijken dan een extra rijstrook. Van brug tot viaduct en van rotonde tot geluidsscherm: stuk voor stuk zijn het infrastructurele werken die ook betrokken worden bij de wegaanpassing. Maar hoe hoog moet de geluidswal zijn? En waar plaats je hem het beste? En wat is het ideale aantal rijstroken voor die rotonde? Of de veiligste oplossing? Goudappel berekent het en ondersteunt zo de planstudiemanager, technisch manager én omgevingsmanager.

Fase 4: MIRT-realisatie

In de MIRT-realisatie wordt de planstudie vertaald naar een voorkeursontwerp. Ofwel: het beste of slimste ontwerp wordt uitgevoerd. De MIRT-realisatie heeft meestal een doorlooptijd van anderhalf jaar.

Rijkswaterstaat kiest in de laatste fase van de MIRT-procedure een voorkeursontwerp. Een selectie van potentiële uitvoerende partijen gaat daarmee aan de slag en krijgt de vrijheid het ontwerp te perfectioneren. De partij met het beste voorstel gaat over tot uitvoering. Goudappel kan helpen aan beide kanten van de tafel:

  • We kunnen Rijkswaterstaat helpen bij het bepalen van de eisen waar zo’n voorstel aan moet voldoen. En we onderzoeken of het voorkeursontwerp nog slimmer of efficiënter kan, om hier vervolgens een passende tender voor uit te schrijven.
  • Aannemers die inschrijven op deze tenders, kunnen we helpen met de onderbouwing van hun plannen. Bijvoorbeeld door middel van onze verkeersmodellen. Gaat een aannemer eenmaal aan de slag, dan denken we mee hoe het verkeer soepel blijft doorstromen. We betrekken daarbij altijd de omgeving.
MIRT-verkenning spoor

Een samenkomst van specialismen

Voor grootschalige MIRT-procedures vormen we altijd een consortium met andere specialisten zoals collega advies- of ingenieursbureaus. Zo ontstonden al onder meer FLOW27 en FLOW4, waarmee de doorstroming op de snelwegen A27 en A4 werd verbeterd. Zo’n consortium biedt een aantal voordelen:

  • Cherry-picking: je hebt de beste specialisten per vakgebied. Van projectmanagement tot omgevingsmanagement en van technisch manager tot planstudiemanager.
  • Gezonde dynamiek: het leidt tot een dynamiek waar meer ruimte is voor kritiek en uiteenlopende invalshoeken. Dat komt de kwaliteit van het advies ten goede.

Goudappel levert in een consortium onder meer verkeerskundige kennis, bijvoorbeeld in de vorm van verkeersveiligheid, verkeersberekeningen, verkeersmodellen en verkeersafwikkelingsstudies.

Praktijkvoorbeelden MIRT-procedures

Amsterdam Bay Area: MIRT-onderzoek
De Metropoolregio Amsterdam groeit tot 2040 met ten minste 250.000 huishoudens. De afgelopen jaren zijn daarom veel woningen gebouwd in de Amsterdam Bay Area: het gebied tussen Amsterdam-Oost/IJburg en Almere. Het MIRT-onderzoek Amsterdam Bay Area bekijkt hoe dit gebied kan groeien én bereikbaar kan blijven. Samen met RHDHV focusten wij hierbinnen op het mobiliteitsvraagstuk. Via verschillende scenario’s (zoals een extra spoor of metroverbinding, infrastructurele ingreep of andere parkeernorm) geven we inzicht in het effect van keuzes op de bereikbaarheid en in de knelpunten.

Snelweg A58 tussen Eindhoven en Tilburg: onderdeel verkeer MIRT-verkenning
De A58 verbindt vijf Brabantse steden en is daarmee een belangrijke snelweg voor de provincie Noord-Brabant. Aangezien er steeds vaker files zijn, onderzoekt het consortium MOVING (Goudappel, Movares en Infram) mogelijke oplossingen voor het traject Eindhoven-Tilburg in een MIRT-verkenning.

Rottepolderplein: MIRT-verkenning
Het Rottepolderplein is een druk knooppunt in de Metropoolregio Amsterdam (MRA). Om de (inter)nationale concurrentiepositie van de MRA te versterken, zoeken Rijk en regio naar oplossingen voor betere bereikbaarheid van het knooppunt. Binnen de MIRT-verkenning Rottepolderplein onderzochten we in 2021, en in 2022 opnieuw, de verkeerseffecten van verschillende oplossingen (zoals verkeersmanagementmaatregelen, aanleg van vrije banen en het ontvlechten van verkeer).

Snelweg A15: MIRT-verkenning
De A15 is een belangrijke logistieke verbinding tussen de haven van Rotterdam met steden als Arnhem en Nijmegen, en Duitsland. De A15 Papendrecht – Gorinchem had problemen met de doorstroming en bovendien gebeurden er veel ongevallen. Eind 2020 voerden we samen met consortiumpartners Tauw, APPM en Rebel het tweede deel van de MIRT-Verkenning van de A15 uit.

Snelweg A4: MIRT-planuitwerking
Uit meerdere studies bleek dat er in de regio Haaglanden na 2020 bereikbaarheidsknelpunten zouden ontstaan. Daarom werd na een MIRT-verkenning door consortium FLOW4 besloten de A4 aan te pakken. Goudappel deed mee aan de MIRT-planstudie voor de aanpak van de bottleneck bij Den Haag. Bij knooppunt Burgerveen waren we bovendien betrokken bij de MIRT-verkenning en MIRT-planstudie.

Snelweg A27 tussen Houten en Hooipolder: planstudie
In 2016 onderzocht het consortium FLOW27 (Antea, Movares, Tauw en Goudappel) de planning voor verbreding van de A27 op het traject Houten-Hooipolder. Inmiddels is de keuze gemaakt voor het verbreden van deze snelweg en werken we aan een dashboard waarmee betrokken partijen de verkeersdrukte die deze werkzaamheden oplevert, kunnen monitoren.

Advies bij de MIRT-verkenning

Binnen de vier fasen van een MIRT-procedure kan Goudappel – al dan niet deel uitmakend van een consortium – u de expertise bieden waarnaar u op zoek bent. 

Wilt u meer weten?

Neem dan vrijblijvend contact op met Carlo Bernards of Erik Geerdes, adviseurs mobiliteit & ruimte bij Goudappel.

Neem contact op met Carlo